DE VERLOREN ZOON (LUCAS 15 vers 11-22)
Een vader had twee zonen
De een zei:
"Vader ik wil gaan reizen
Geef mij geld en goed
Ik ga naar verre landen
Daar is overvloed
Ik wil niet langer wachten
Maar 'k ga de wereld in".
Ik citeer,
nu een lied van Johannes de Heer
Wij hebben het vroeger veel gezongen
't Sloeg aan bij ouden en bij jongen
Maar het ging met de jongste zoon wel slecht
Hij kwam tenslotte bij de varkens terecht
Daarna heeft hij boete gedaan
En is weer naar zijn vader gegaan
De andere zoon was alijd bij vader thuis gebleven
Trouw en gehoorzaam te zijn was zijn streven
Zijn geld had hij niet verbrast, maar was gewend te sparen
Keek wel vreemd op toen zijn broer thuis kwam na jaren
Vond het ook apart dat toen zijn broer aan kwam
zijn vader hem in zijn armen nam
Voor hem kwam een prachtig kleed
En stond er een heerlijke maaltijd gereed
De broer dacht, waar is dit nu voor nodig
Hij vond dit gewoon overbodig
Maar zijn vader was blij dat hij zich had bekeerd
Heeft hem ook nog met een gouden ring vereerd
En in de hemel waren engelen zeer verheugd
Er was grote blijdschap en diepe vreugd.
0 reacties:
Een reactie posten
Aanmelden bij Reacties posten [Atom]
<< Homepage