DE STEPHANUSKERK IN HASSELT

STEPHANUS  DE EERSTE MARTELAAR  (handelingen 6 en 7)
In de Bijbel is Stephanus de eerste martelaar genoemd
Terwijl hij in zijn leven niet was beroemd
Wel deed hij wonderen en was vol van de Heilige Geest
Zoals het ook bij de apostelen was geweest
Het Evangelie te verkondigen, dat was zijn groot verlangen
Maar de Joodse raad nam Hem gevangen
Hij werd voor de rechtbank gebracht
Waar hij weer getuigde vol  kracht
Hij stak niet alles onder stoelen of banken
Maar men hield niet van die eerlijke klanken
Toen de Jodenraad dit hoorden knarsetandde zij
En waren het tegendeel van blij
Maar Stephanus schonk daaraan geen aandacht
En luisterde niet naar hun bittere klacht
Zij keken waren wel verbazing naar Stephanus gezicht
Want zijn gezicht leek een engel, zo licht
Hij sprak: ik kan Jezus Christus in de hemel zien
En Jezus aan de rechterhand van God
Toen was het vonnis geveld, de dood werd zijn lot
Zij brachten hem naar buiten en gooiden hem met stenen
Ja, dat is eigenlijk om te wenen
Maar  toen de stenen hem troffen bad hij nu
Heer Jezus, neem  mijn geest bij U
Hij viel op zijn knieën en bad:
Here, reken hen dit kwaad niet aan
En biddend is hij zo naar de hemel gegaan.