DE KOSTGANGER
Hij was achttien jaar en woonde tot voor kort bij zijn ouders.Maar toen hij zijn bivak ergens anders opsloeg voelde hij het als een bevrijding.
Weg met alle traditionele vormen, die hem, zo voelde hij het nu, opgedrongen waren in de loop van de tijd.
De zorg die zijn ouders voor hem hadden, was hem eigenlijk teveel geworden. Hij wilde op eigen benen staan.
Doordat hij niet direct een zelfstandige woonruimte
kon krijgen in de stad waar hij studeerde, kwam hij in de kost bij een hospita. Een oude dame die qua leeftijd zijn oma had kunnen zijn.
De maaltijden werden steeds gezamenlijk gedaan.
Aangezien de desbetreffende dame christelijk was, werd er ook uit de Bijbel gelezen.
Min of meer zat hij er ongeïnteresseerd bij.
"Vond je het niet prettig dat ik uit de Bijbel las?", vroeg de hospita. Eerlijk antwoordde hij: "nou niet bepaald".
"Nu, dat doen we het toch niet meer.
Maar ik heb wel een dagboekje wat je misschien wel aardig vind".
En zo kwam het dagboekje voor de dag wat als titel had " ïk kan het niet laten", wat het Evangelie jeugdvriendelijk en eigentijds naar voren bracht.
"Ga je nog naar de kerk", vroeg de hospita wat nieuwsgierig".
"Nee zie hij, sinds ik uit het huis ben niet meer"
Op een keer dronken zij samen koffie.
waarbij een speculaasje werd gepresenteerd.
Er zaten echter nog maar twee speculaasjes in de trommel.
Zij hield de trommel voor en zei: "je moet maar denken
het overschot is voor de goddeloze".
Na zijn verbaasde gezicht zei ze: "of wil jij daar niet bij horen?"
Ook nu was zijn antwoord eerlijk als goud: "nee beslist
niet".
Sindsdien wist de hospita wat voor vlees zij in de kuip had.
Zij hadden samen een gezellige tijd, waarbij de eerlijkheid centraal stond.
0 reacties:
Een reactie posten
Aanmelden bij Reacties posten [Atom]
<< Homepage