NAÄMAN (2)
NAÄMAN
De koning gaf toestemming.
En zo gingen zij op reis.
Naäman nam een heleboel knechten mee. En paarden en wagens.
En op die wagens lagen veel cadeaus voor de profeet.
En ook veel geld nam hij mee
Het was een lange reis.
Maar eindelijk kwamen ze bij de profeet aan
Naäman dacht: de profeet ziet mij vast wel aankomen
en zal wel naar buiten komen om mij te begroeten.
Maar dat was niet zo.
De knecht van de
profeet kwam naar buiten en zei:
“Naäman, zo zegt mijn heer Elisa, ga naar de rivier de
Jordaan
En was u zeven maal in dat water dan zult u genezen zijn”.
Maar Naäman werd boos en zei:
“Wat moet ik mij wassen in de rivier de Jordaan? Daar denk
ik niet aan
Daarvoor ben ik toch
niet naar de profeet gekomen,
De rivieren in mijn eigen land zijn veel mooier.
Vooruit mensen keer de wagens om, wij gaan weer naar huis”
De knechten van Naäman schrokken van die boze stem
En ze werden er ook verdrietig van.
Zij gingen naar Naäman toe en zeiden:
“Meneer Naäman , als de profeet iets moeilijks had gezegd
Had u het misschien wel gedaan, maar waarom doet u het niet
nu het iets gemakkelijk is?”
Toen luisterde Naäman naar zijn knechten en ging naar de
Jordaan.
Morgen komt het slot:
0 reacties:
Een reactie posten
Aanmelden bij Reacties posten [Atom]
<< Homepage