De Zonnige Hoek

donderdag 13 maart 2008

LIJDENSTIJD

 

foto

 

In deze tijd wordt veel aandacht aan het lijden van Jezus Christus gewijd.

Ditmaal wil ik ook aandacht schenken aan het lijden van deze mensheid op de wereld, ziekte, hongersnood, scheidingen, oorlogen en rampen. Iedereen weet er wel over mee te praten en de ''waaroms" zijn niet van de lucht.

In de Bijbel is zelfs een heel Bijbelboek aan het menselijk lijden gewijd.

Namelijk Job.

En wie heeft in de volksmond nooit daarvan vernomen?

Velen kennen toch de uitspraak: zo arm als Job. Of ook wel Jobsgeduld. Of zo vroom als Job.

Ik wil jullie in rijmvorm daar nu iets van vertellen.

Wellicht heeft het ons ook iets te zeggen.

 

JOB

De Heer heeft gegeven, de Heer heeft genomen

Zo is het bij Job over zijn lippen gekomen

En Job had reden om te klagen

Wilde het ondanks alles toch met Hem wagen

 

In zijn woning handelde hij als profeet

priester en koning

Bad en bracht offers voor zijn kinderen

Wilde zo de straf op hen verminderen

 

Job leerde hen God niet uit het oog te verliezen

God te aanbidden, dus voor Hem te kiezen

Ja, Job stond als oprecht bekend

En velen werden met zijn wijsheid verwend

 

In de Schrift gaf God hoog op van Zijn knecht

Hij week van het kwaad, dat vond God zeer terecht

Maar... de satan kwam hem bij God aanklagen

Wilde er een duel aan wagen

 

Hij spuwde vuur en zei in onverholen taal

Dit komt door zijn voorspoed allemaal

God moet de snoeischaar maar in zijn geluk zetten

En dan op de "godvrezende" Job eens letten

 

Zijn schijnheiligheid zou dan bewaarheid worden

Of zijn lichtgelovigheid kwam dan aan de orde

En zo gaat het nu al eeuwen door

Komt bij christenen nog echte vroomheid voor?

 

Of gaan ze door de knieën  als ze tegenspoed krijgen

Want dan zal het danklied wel achterblijven

En satan kreeg kans om alles bij Job te vernielen

Dan zou hij wel ophouden met bidden en knielen

 

Al zijn kinderen zijn in één dag omgekomen

Ook zijn vee en zijn huis zijn van hem genomen

Het was moord met voorbedachte rade

Nu zou het goede wel bezijken voor het kwade

 

De vijanden, de stormramp en het bliksemvuur

Leken de daders ter elfde uur

En de satan bleef op de achtergrond

Wreef zich in de handen, de zaak was rond

 

Maar wat de satan dacht gebeurde niet

Job knielde in aanbidding met zijn verdriet

En deze uitspraak is toen op zijn lippen gekomen:

"God heeft gegeven, God heeft genomen"

 

Zijn vrouw vond het leven nu een hel

Zei: ''Job zwijg toch en zeg God vaarwel"

Maar Job zei: ''ik kan deze uitspraak verachten

Want we hebben het goede als het kwade te verwachten"

 

Maar de satan kwam toen weer in het verweer

Jobs gezondheid moest eraan dit keer

Zijn huid bedekt met zweren onooglijk om te zien

Zou hij nu God vaarwel zeggen misschien?

 

Maar al gaf dit onmenselijk veel verdriet

Job zweeg en zondigde met zijn lippen niet

Met een potscherf krabde hij zijn wonden

Wie had dit leed naar hem gezonden?

 

"Waarom o God moet ik dit lijden ondergaan

Zo is het met mijn leven gauw gedaan

In het graf zal ik weldra nederdalen

God waar kunt U dit toch op verhalen?"

 

Bitter werden nu zijn woorden in 'd ellende

Bleef zich bij God toch om bescherming wendde

"O God, wil toch naar mij horen

Waarom ben ik toch geboren"

 

Overdag schreeuw ik het uit van pijn

Terwijl mijn nachten nachtmerries zijn

God dit is niet meer te dragen

En ik kan niet anders meer dan klagen"

 

Zijn vrienden waren zeer ontsteld

Waarom dit vonnis toch geveld?

Zeven dagen zeiden zij geen woord

Vonden Jobs klachten ongehoord

 

Toen werd het Job helemaal te moede

Het kwade overheerste al het goede

"O God wat laat U me in de kou

Ik verga door al mijn smart en rouw

 

Mijn God, verlaat mij toch niet

Mijn ogen zijn dof geworden van verdriet

Dit lijden is onrechtvaardig van U

God schenk mij hulp en antwoord mij nu"

 

En God liet Job niet langer klagen

Maar gaf antwoord op zijn vragen

Nee, niet zoals Job het had verwacht

God deed het met betoon van kracht

 

"Waar was je Job, toen Ik de aarde schiep

En uit niets alles tot aanzijn riep

Kan jij de grenzen bepalen en de diepte der zee

En de ganse scheppingsdrang wat doe jij daarmee?

 

Wil je nog steeds redetwisten over mijn bestel

Je bent als een stofje op de weegschaal begrijp dit wel

Het sterven is in mijn hand, maar ook het leven

Ik ben almachtig  een heilig gegeven"

 

Toen antwoordde Job geheel ontdaan

"God ik wil niet verder gaan

Ik leg mijn vingers op mijn lippen

Zodat niets onbedachtzaams kan ontglippen

 

Slechts van horen zeggen had ik van U vernomen

Nu ben ik zelf met U in aanraking gekomen

Mijn opstandigheid is zeer te betreuren

En dit zal niet meer gebeuren"

 

Job bad nu ook voor zijn vrienden

Die eigenlijk een zware straf verdienden

Zij hadden Jobs lijden verkeerd geïnterpreteerd

En zodoende Job erg bezeerd

 

Er werd nu geen vonnis meer geveld

En Job werd weer in ere hersteld

Hij kreeg opnieuw wat hij had verloren

En voelde zich in ware zin herboren

 

(nabeschouwing)

Zou dit happy-end ook kunnen werken

Na het lijden in onze kerken?

Dan klinkt ons lied weldra weer

Duizend, duizend maal dank, o Heer

 

I.B.K.

0 reacties:

Een reactie posten

Aanmelden bij Reacties posten [Atom]

<< Homepage