UIT DE KINDERMOND

"Mama, zit de satan nog in de slang?"

Mama zuchtte eens en dacht was het maar waar, dan kon je hem bij zijn staart pakken.

Haar opa was net overleden.
"Mama", zei een vierjarig meisje, ïk wil ook naar de hemel"
"Nu al'', zei haar moeder verbaast.
Even later was ze aan het spelen in de speelkamer.
Toen ging ze weer naar haar moeder toe en vroeg, "mama zijn er in de hemel ook vouwblaadjes?"
"Dat  weet ik niet hoor", zei haar moeder.
"Nou" antwoorde ze,"dan blijf ik maar liever bij u".

 

"Mama, als de Here Jezus terug komt, komt Hij dan met een helicoptairtje?" vroeg een vijfjarige.
Mama gaf het antwoord wat in de Bijbel over de hemelvaart en de wederkomst geschreven staat.

 

Aan de etenstafel.

"Papa", wilt u dat stukje nog eens voorlezen over de nieuwe aarde?"
Papa voldeed aan dit verzoek en las Jesaje 11 voor.
Er werd met aandacht geluisterd.
"Papa, wat denkt u, zou je op de nieuwe aarde ook kunnen voetballen?"
"ja wel"'zei zijn vader, met een zekerheid alsof hij het zelf weleens gedaan had.
"Nou", antwoorde zoonlief. Dan zal het wel zo zijn, dat er geen ruzie meer gemaakt zal worden of het doelpunt zit of niet?"

 

Twee jongens van zes en tien jaar hadden een theologisch gesprekje met elkaar.
De jongste zei tegen de oudste:
"Onze juffrouw zegt dat je moet bidden om een nieuw hartje".
Waarop de oudste antwoordde : ''Joh, je hebt er al een dan hoef je er toch niet meer om te bidden".  

 

"Mama" vroeg een zesjarig meisje" waarom kun je de stem van God nu niet meer horen".
"Nou", zei haar moeder, "dat komt nog wel voor bij speciale roepingen".

"Maar waarom geeft God geen antwoord als je ergens om vraagt",
Waarop haar broertje van acht zei, "joh het zijn geen woorden maar daden'.

 

Papa, had net uit de Bijbel gelezen van de val van Jericho
(Jozua 3-6) toen zijn zoon van negen jaar zei:
"Onze meneer zegt dat het niet echt gebeurd is".
Meneer had kennelijk de vrijzinnige kant benadrukt die veel wonderen uit de Bijbel naar het land der fabelen wijst.

Waarop zijn zusje van zeven antwoordde:  "nou zeg, dan waren ze toch niet om de stad heengelopen".