GERECHTIGHEID
Op een keer zat ik in de avondtrein
Daar zaten wat jongelui van het mannelijk geslacht
Ik schatte het op een man of acht
Verschillenden hadden in de bak gezeten
En hadden dus wel iets op hun geweten
Eén had iemand op zijn hoofd geslagen
Wat was daarvan de reden, wilde ik vragen
Maar voor ik hem die vraag had gesteld
Had hij de reden zelf al verteld
"Er kwam iemand op mijn gipsbeen zitten en dat brak
Nu dan kun je toch niet spreken van een gemak"
De ander had een diefstal gepleegd
Ik weet niet wat er zwaarder weegt
Ik hoorde dit op een afstandje aan
En heb ook een duit in het zakje gedaan:
"Jongens julle waren best fout
Maar dat laat mij nu wat koud
Ik ben net naar een psychiatrisch ziekenhuis geweest
Nu daar is het ook niet altijd feest
De een heeft een zwaar verlies te verwerken
Een ander is geplaagd bij het dagelijkse werken
En dan vraag ik na zo'n bezoek:
"Wie krijgt er de gard en wie de koek
Ik geef wel een complimentje aan het personeel
Zij verdienen een lintje, dat is niet te veel"
De jongelui voelden zich op hun gemak
Zaten kennelijk op hetzelfde vlak
Zeiden: "ja gerechtigheid moet er zijn
Dat vinden wij ook wel fijn"
Wij reden nog een poosje met elkaar mee
Men was kennelijk wel tevree
Want bij het uitstappen stopten
zij mij een Mars in mijn handen
En even dacht ik, ja 't is schande
"Ben ik nu soms een heler"
Ja, dacht ik daarna, het kan nog gekker
Ik at hem op en hij was lekker.
"
0 reacties:
Een reactie posten
Aanmelden bij Reacties posten [Atom]
<< Homepage