DE GEREFORMEERDE KERK IN PERNIS

Deze foto heb ik genomen

Toen ik voor een feest naar Pernis was gekomen

Ik ben daar gedoopt, heb er belijdenis gedaan

En ben er getrouwd

En dat heeft mij nog nooit berouwd

Hoewel ik niet alles kan herinneren meer

Heb ik nog goede gevoelens betreffende de sfeer

De dominees kan ik me nog goed voor de geest halen

Zij verkondigden het Woord  en waren wel ter tale

Ook kwamen er predikanten uit Rotterdam naar Pernis

Zij waren wel het krentenbrood als ik me niet vergis

De eigen predikanten gaven het dagelijkse Brood

Wat heel kostbaar was in geestelijke nood

Mijn belijdenistekst was vers negen van Romeinen tien

Tegenwoordig houden velen dit voor gezien

Zij vinden dit moeilijk te verteren

Maar 't is de christelijke waarheid de tijd zal 't leren

Want al is oecumene in' en ben ik daarmee content

Voor ondergraving van het christendom geef ik geen cent

Dit gedicht is een ode aan de Gereformeerde kerk

Zij heeft mij mede gevormd, dat vind ik sterk

Ik wens haar veel geestdrift en levensmoed

Het einde van dit gedicht is dus: eind goed al goed.