31 OKTOBER BEGIN DER KERKHERVORMING
Onder de kop "bezinning" wil ik graag iets van mijn eigen geloofservaringen vertellen. In een notedop dat begrijpt u.
Ik kom uit een goed christelijk gezin, waar ik beschermend ben opgevoed. Met plezier denk ik aan deze opvoeding terug.
Bij de doop hebben mijn ouders beloofd, dat zij mij in de vreze des Heren zouden opvoeden. De vreze des Heren klinkt nu wat ouderwets, maar in mijn jeugd was deze uitdrukking vrij normaal.
Dat ik als een gans achter mijn ouders heb aangelopen
in dit verband, betwijfel ik.
Tenslotte moet kom je op een gegeven ogenblik eigen wegen gaan. Waaronder denk ik ook wel dwaalwegen.
Na een ziekte kwam bij mij de twijfel naar boven en wenste ik wat duidelijkheid.
Was Gods Woord (uit de Bijbel) waar ik kennis had opgedaan , waar of niet waar?
De doop met de Heilige Geest kon je die bevestiging geven
als je Hem daarom bidden wilde (Lucas 11-13)
En deze belofte heb ik aan de lijve ervaren.
Het was niet de gemakkelijkste weg die ik daarna moest gaan. Tot mijn verbazing dacht ik zelfs een eenling te zijn van de kerk waar ik lid van was.
Er waren wel meer mensen die deze ervaring hadden, maar diversen van deze mensen verlieten de kerk en zochten elders hun onderkomen.
Het heeft lang geduurd voor ik deze dingen kon plaatsen.
Maar toch is het me gelukt.
In onze kerken was het niet zo dat iedereenmet de doop van de Heilige Geest op de hoogte was en zodoende wekte het wat weerstand.
Maar eerlijk is eerlijk , deze weerstand verdonkerde mijn blijdschap bij tijd en wijle/
Gelukkig heb ik een Godvrezende man gehad (overleden op 57 jarigeleeftijd). Leer en leven waren bij hem niet in tegenspraak.
Hij was een blijmoedig mens met visie. Deze visie heeft hij ook verwoord in gedichten, die u zo dan ook op deze weblog vindt.
Of het een heilige man was? In zekere zin wel. In een boekwerkje las ik deze regels:"Heiligen is het gegeven Gods stem te horen en te herkennen in diens overgeleverde woorden".
In deze tijd waar de schaduwen vooral in het oog vallen is een lichtend voorbeeld van groot belang.
En goed voorbeed is goed volgen.
Jij hebt op de aarde een grootse taak
In een van mijn dromen is de Heer bij mij gekomen
En ik zeg het met klem,ik hoorde duidelijk Zijn stem
Hij zei: je moet er duidelijk opletten
over weinig ben je getrouw geweest
over veel zal Ik je zetten
Ik wil nu wel bekennen,
dat ik er wel aan moest wennen
Ik zei ik wat bevreest
en ik ben nog nooit zo verwonderd geweest
Ja, gij zult mijn getuigen zijn
Ik voelde me blij maar ook wel klein
Maar zo God voor mij is wie is er dan mij tegen?
En dit mocht ik ervaren op al mijn wegen
En toen ben ik gaan werken
In en buiten de kerken
"k Heb breven geschreven wel een paar honderd
En sommigen keken wel verwonderd
Ze zeiden: nou Iet is ook gewoonweg van de kook
Zij geloofden niet dat het in opdracht was gebeurd
Ik heb daarover wel getreurd
En school me soms weg in de woestijn
om zo alleen met God te zijn
En toch denk ik, misschien
Hebben sommigen dit doorzien
Zij hebben door mij Zijn stem gehoord
En er zich ook aan gestoord
En wat ik verteld heb in dit gedicht
Geeft voor mij helderheid en zicht
God laat Zijn kinderen niet in de kou staan
Verkondig het Evangelie daar komt het op aan.
In de loop der jaren heb ik hand en spandiensten verricht bij een dominees echtpaar.
Hij was al met emeritaat en had een hersenbloeding gehad
met alle gevolgen vandien.
Zeven jaar heeft hij met zijn handycap moeten leven.
Enkele weken voor zijn dood heb ik een gedicht gemaakt.
wat luidt:
DE EMERITUS
Hij is nu zes en tachtig
Zit in de stoel of ligt in bed
De diensttijd ligt achter hem
Echt het was prachtig
De boeken heeft hij aan de kant gezet
Hij peinst en leeft nu in herinneringen
De wereld om hem heen wordt klein
Zo nu en dan heeft hij bespiegelingen
Hoe het straks zal zijn
Hoeveel preken heeft hij geschreven
Over deze en de toekomende tijd
Zo nu en dan ziet hij wat nare dingen
Wat zich openbaart in wat neerslachtigheid
Duizenden preken heeft hij geschreven
En van de kansel gememoreerd
O God wat is er van bijgebleven
Hoe weinig is er van geleerd
En steeds dieper wordt zijn klagen
Om hem heen lijkt het wel nacht
O God, hoe kan ik dit verdragen
Luister toch naar mijn bittere klacht
Dan...wordt het plotseling weer helder
De schaduw om hem heen verdween
Hoorde een Stem en toen was het alsof
er een lichtstraal verscheen
Hij zag de hemelen geopend
Een Stem die tot hem sprak
"Kom in gij gezegende des Heren"
Het doek viel neer zijn oog brak
Een glimlach bleef er achter
op zijn diep gegroefde gezicht
Hij had gezaaid, God zal het maaien
De glimlach van het Levenslicht.
Ik zie soms alles zwart
Wat is discriminatie vandaag?
Voor u misschien een weet voor mij een vraag
Want wat men onder discriminatie verstaat
Daarmee komt men op de koffie vroeg of laat
Wordt een ouder iemand onderschat
Discriminatie noemt men dat
Gaat men daarentegen de jeugd voorbij
Dan is men daarbij ook niet blij
De man discrimineert de vrouw, ook andersom
En deze zienswijze is verschrikkelijk dom
Het is het tegenovergestelde van de deugd
En andersom geeft het slechts vreugd
De homo's wat voor mensen dit ook zijn
Zij worden gediscrimineerd op elk terrein
De lesbische (een fout in de natuur?)
Ziet men ook niet zo graag als buur
En een combinatie als bi-seksueel
Nu daarvan is er een ook al te veel
Nee men ziet elkaar niet meer als mens
En toch wil men wel een grens
Zo sjeuteren we nu
Als een taai stukje vlees in wat sju
Zonde wordt een normafwijkend gedrag genoemd
En al is de kerk daarmee beroemd
Heden ten dage zegt ze steeds weer
Zonde te benoemen doet zo zeer
Nee men moet verdraagzaam zijn
En heel veel water doen bij de wijn
En als men daarvan dan iets zegt
Dan noemt men het doodgewoon slecht
Men wordt dan weer gediscrimineerd
Mu dat dat vind ik niet verkeerd
Want deze discriminatie
Noem ik een gratie.
Sommige zeggen zielepijn
Is een kreet uit het verleden
Je hoeft daar niet serieus mee te zijn
"t Heeft geen plaats meer in het heden
Twee duizend jaar geleden
Kwam er Licht in de duisternis
Maar dat licht wordt nu vermeden
't Is een ding dat zeker is
Wat zonde is weet men niet meer
Het woord is uitgestorven
Waarom dan het kruis van onze Heer
Waarom dit bloed door Hem verworven?
Soms noemt men mij een Mohikaan
Dus van een uitstervend soort
En zo hebben ze Jezus Christus
Twee duizend jaar geleden vermoord
Maar de Heer is opgestaan
En zal spoedig komen
En uit de bronnen van dat heil
Zal Zijn zegen stromen.
Luister goed
Nederland moet heropgevoed
En ik zeg het wat droog
Maar het mag niet met het vingertje omhoog
Maar zachte heelmeesters maken toch stinkende wonden
Moeten wij niet weer wijzen op de zonden
Want sinds er te veel is getolereerd
Hebben weinig mensen zich bekeerd
Zelfs in de kerken was er weinig tucht
En soms ljjkt het wel een wereldse vlucht
Geen fratsen zou ik zo zeggen
Daar kun je geen eer mee afleggen
Ik zie weleens programma's op de teve
Dan vraag ik me af, wat moet je daarmee
Gewone getrouwde stellen komen haast niet aan bod
Dikwijls afwijkingen, zonder God
En zo kom je in Nederland van alles tegen
Ik ben er soms wat mee verlegen
Als buitenlanders moeten intergreren
Wat kunnen zij van ons nog leren?
Het kon nog weleens gebeuren
Dat we niet te veel moeten zeuren
Maar dat ons leven een voorbeeld moet zijn
Op elk levensterrein
En bekeren voor een kerk is niet ongepast
Maar wel genezend dat staat vast.
God kijkt met liefdevolle ogen
En soms met een betraant gezicht
Hij is vol liefde en vol mededogen
Zijn wij daar altijd op gericht?
Wie binnen zijn die blijven binnen
De wereld om ons heen zij nacht
Wij mogen steeds opnieuw beginnen
Maar is dit waarop de wereld wacht
Wij die de Schriften steeds weer lazen
De wereld uit het oog verloor
Straks zullen wij ons gaan verbazen
Want hoeren en tollenaars gaan ons voor
De kerk schudt op zijn fundamenten
Alle ballast moet overboord
Als de wereld nog weinig weet van Gods liefde
Is dit absurd en ongehoord
Vergeef ons Heer voor ons individualisme
Voor ons gekerkerd zijn in een gebouw
Wij zijn zo vaak bezig met het horizontalisme
Maar verkonidigen wij nog Gods liefde en trouw?
God heeft de wereld lief
Heeft ook daarvoor Zijn Zoon gegeven
Door dit te aanvaarden geeft Hij ons het recht
Op een leven met Hem dus een eeuwig leven.
.
Het was zondagmiddag en prachtig weer
De dominee liep met zijn vrouw en kinderen te wandelen in het Groningerland.Het landelijk pad was aan de ene kant
omgeven door het koren, wat als gouden harpen ruiste.
Aan de andere kant was de sloot, die door een graswal was gescheiden van het pad. Aan het pad stonden wat schapen, waarvoor de kinderen bijzondere andacht hadden.
Zij aaiden de schapen over de kop en niets leek zo lieflijk en vredig als dit tafereeltje.
Totdat ... de domineese de schrik van haar leven kreeg.
Een van de schapen kwam naar haar toe en duwde met zijn horens in haar rug, richting sloot.
Het liep gelukkig goed af, maar de kinderen stonden wel vreemd te te kijken.
Zij hadden zo'n goede indruk van de schapen gehad en wisten niet dat schapen soms ook bokkig konden reageren.
Wij hebben een aantal jaren in Hooghalen gewoond.
Op een gewezen boerderij die wij als "Hobbyhoek" betitelde.
Toen wij daar kwamen hadden wij alleen een hond en wat katten om al de muizen te verjagen.
Maar weldra kregen wij ook een schaap erbij.Dit was wel gemakkelijk, om het grasveld wat achter het huis lag te begrazen.
Maar niet altijd was het een grazige weide zodat wij het schaap ook wel eens aan de kant van de landweg zetten met een stick. Peter kwam een keer op bezoek in de "Hobbyhoek".
Toen het avond werd zei ik: "zeg Peter wil jij " Noortje" het schaap even in de wei brengen?"
Peter dacht, dat is een fluitje van een cent en stapte naar buiten. Maar weldra kwam hij weer naar binnen en zei: "Ma het is mischien wel prettiger als u het doet, want Noortje doet erg lelijk tegen mij.
Hij stampt met zijn poten op de grond en om nu in contact te komen met zijn grote horens lijkt mij geen pretje".
Ik ging naar buiten en tot Peter zijn verbazing, liep het schaap als een lammetje met mij mee.
Toen ik binnen kwam zei ik "Ja Peter, de schapen kennen mijn stem en wat ondeugend voegde ik eraan toe:
"Je hebt huurlingen en herders"
Peter grinnikte.
Ik kom nog weleens bij de kringloopwinkel en beland meestal in de boekenhoek.
Daar vond ik laatst het boek van Maarten 't Hart, met de titel: "De schrift bestwist". Ik kocht het en heb het ook gelezen.
Wat mij zeer opviel dat hij zoveel andere ervaringen heeft
dan ik, vooral op godsdienstig gebied.
Terwijl ik ongeveer even oud ben als hij. Zelfs dezelfde onderwijzer heeft gehad en ook in het Westen heeft gewoond tot mijn 22ste jaar ( Pernis)
Maar ja, het is ook welke bril dat je opzet natuurlijk.
Ook ik heb de tijd gehad dat ik een psalmvers op moest zeggen. En deed het zelfs graag omdat ik daar het hoogste cijfer mee kon krijgen. Maar de psalmen die hij citeert in zijn boek heb ik nooit geleerd.
En van het dreigen met de hel heb ik nooit gehoord destijds.
Wanneer ik nu op de fiets rijd komen er ook wel psalmen in mijn gedachten maar het zijn liefelijke psalmen en/of liederen uit de Johannes de Heer bundels.
Dus er werd destijds behoorlijk chritisch gekeken wat men anderen voorschotelde.
Dat Maarten een kritisch geest heeft komt wel duidelijk in dit boek uit en soms heeft hij gelijk.
Maar of hij de Geest van de Bijbel heeft leren kennen?
Psalmen over schapen vind hij maar niets.
Nu ik houd wel van schapenliederen, en heb daar ook enkelen verhaaltjes van, die ik de volgende keer wil opschotelen.